Meteoren; begrippen en definities
Meteoren; begrippen en definities
Meteoride:
Een klein steenachtig stukje materie dat door de ruimte vliegt. Kometen laten veel van dit soort stof en gruis achter in hun banen. De Aarde kruist een aantal komeetbanen en op zo’n moment komen er veel meteoriden in de dampkring terecht.
Al met al komt per dag gemiddeld 200 ton aan rommel de atmosfeer binnen.
Kometen zijn hemellichamen die, als zij in de buurt van de Zon komen, veel gas en stof uitwasemen. Hoofdbestanddelen zijn vermoedelijk steengruis en koolzuursneeuw. In diameter zijn kometen meestal niet meer dan 40Km.
Vanaf de aarde kan een passerende komeet onder de juiste omstandigheden een bijzonder spektakel opleveren, zoals in 1996 komeet Hyakutake.
Meteoriden worden meteoren als gevolg van de wrijving met de lucht waardoor ze verhit worden en kortstondig een zichtbaar vurig spoor achterlaten. Indien het een stofdeeltje of zandkorreltje betreft verbrandt de meteoor volledig. Meteoren worden ook wel “vallende sterren” genoemd.
De Radiant is het punt aan de hemel waar de vallende sterren die behoren tot een zwerm vandaan lijken te komen.
Een bolide is een meteoor die wat groter is dan een stofje of zandkorrel en daardoor veel helderder is. Aan het eind van het verbrandingsspoor ontstaat een vuurbal.
Soms is het stuk materiaal dat de dampkring binnen komt zo groot dat niet alles verbrandt in de vuurbal en er restanten op de grond terechtkomen. Die brokstukken heten meteorieten.
Een meteoriet die voornamelijk uit ijzer bestaat. Vaak zitten er prachtige ijzerkristallen in.
Een meteoriet die uit steenachtig materiaal bestaat.
Grotere meteoren vallen doorgaans uit elkaar voordat zij de grond raken. Als meteorietenregen vallen de brokstukken in een gebied op de grond, het strooiveld. Aan de vorm van het strooiveld en de verspreiding van grotere en kleinere brokstukken kunnen kenners aflezen waar de meteoride oorspronkelijk vandaan kwam en hoe groot hij was.
Een zeer groot aantal meteoren per tijdseenheid, waardoor het lijkt alsof de vallende sterren als een continue stroom naar beneden komen.
Een aardscheerder is een astroïde welke relatief dicht langs de Aarde vliegt, maar niet op de Aarde terecht komt. De afstand is ongeveer die van de Aarde-Maan of minder. Soms komt het voor dat een kleine astroïde een stukje door de aardatmosfeer vliegt als een grote bolide en dan weer de ruimte in gaat, zoals in 1972.
Er zijn een aantal potentiële grote aardscheerders, de zogenaamde “Earth-crossing asteroids”. Deze houdt men in de gaten omdat als één ervan de Aarde raakt, de schade groot kan zijn. Tot nog toe geeft geen van de banen redenen tot alarm.
Een groot brok steen dat door de ruimte vliegt, meestal in een baan om de Zon. Astroïden zijn niet afkomstig van kometen, maar hebben een eigen ontstaansgeschiedenis in ons zonnestelsel.